Sony α7R II: droomcamera voor de kwaliteitsbewuste pro(-sumer)
In de zomer van 2015 werd de Sony α7R II geïntroduceerd: Het vlaggenschip van de spiegelloze systeem camera’s, met een fullframe sensor en een €3,500 adviesprijs. Specificaties en de Sony α7R II adviesprijs maken duidelijk dat dit een high-end professionele camera is, die wedijvert met de beste spiegelreflex camera van dit moment. De Sony α7R II is voorzien van de eerste fullframe back-illuminated sensor zonder anti-aliasing filter. Er zijn maar twee systeem camera’s met een dergelijke innovatieve sensor. Samsung NX1 is de eerste systeem camera met een APS-C BSI sensor. Een BSI CMOS sensor heeft een hoger dynamisch bereik en minder last van ruis dan een “ouderwetse” CMOS sensor, omdat de bedrading van de sensor achter de pixels ligt, in plaats van er voor (waarbij licht wordt weggevangen).
Ongecomprimeerde RAW bestanden Sony α7R II
Wij hebben die firmware update vlak voor deze review geïnstalleerd en onze testen uitgevoerd met ongecomprimeerde, 14 bits, RAW bestanden.Sony maakte tot zeer recent gebruik van compressie van RAW bestanden. De RAW bestanden werden niet in 14 bit opgeslagen. En daar had je als gebruiker geen invloed op. De meeste fotografen zullen vrijwel nooit een zichtbaar kwaliteitsverlies zien en waren / zijn dik tevreden met de gecomprimeerde Sony RAW bestanden.

Sluiter: een verhaal apart met diverse verbeteringen
Sony geeft aan dat de sluiter een levensduur heeft van een half miljoen opnames. Dat is meer dan de meeste amateur camera’s (~100k) en zelfs de meeste professionele camera’s (200k). Prettig voor de professionele veelvraat, maar ik vermoed dat er meer fotografen zullen profiteren van andere verbeteringen die Sony heeft doorgevoerd aan de sluiter, die er voor zorgen dat er zo min mogelijk vibraties door de camera worden veroorzaakt op het moment dat je een foto maakt. Technisch gezien zou je voor een scherpe opname de fotograaf – een niet te onderschatten bron van scherpteverlies – willen elimineren. Dat lijkt me een brug te ver. Over het maken vsn scherpe opnames met hoge resolutie camera’s schreven we al eerder (10 tips voor scherpe opnames). En we komen er zeker nog wel een paar keer op terug, als we bijvoorbeeld de vlaggenschepen van Canon, Nikon en Sony met elkaar vergelijken.De sluiter van de Sony α7R II geeft – in vergelijking met zijn voorganger – volgens Sony 50% minder vibraties als gevolg van de sluiterbeweging. Het sluitergeluid is in ieder geval aanmerkelijk minder geworden. De camera is ook te gebruiken met een elektronisch eerste sluitergordijn, waardoor je onscherpte nog meer voorkomt. Deze camera heeft in navolging van Panasonic en Olympus ook een silent mode, waarmee je tijdens plechtige gelegenheden of bij het fotograferen van schuwe dieren een opname maakt zonder dat er ook maar iets te horen is. Voor bruiloftsfotografen en straatfotografen is dit misschien wel een killer-feature en een goede reden om over te stappen op een spiegelloze systeem camera.5 assen In-body Beeldstabilisatie (IBIS)

De ingebouwde beeldstabilisatie van Sony (IBIS) is met alle objectieven te combineren en doet zijn werk perfect.Niet iedereen zeult altijd een loodzwaar statief mee om bewegingsonscherpte te voorkomen. Een camera met een volformaat sensor die 36 megapixels of meer bevat, biedt je de kans om haarscherpe opnames te maken. Tegelijkertijd is de resolutie zo hoog, dat de kleinste scherpteafname zichtbaar wordt als je de opnames op 100% grootte (en sommige fotografen gaan nog hoger) bekijkt. Als je dat doet, zal je merken dat het ezelsbruggetje: kies voor een scherpe opname een sluitertijd van minimaal 1/ (brandpuntsafstand*crop factor) niet opgaat voor camera’s met een hoge resolutie. Gebruik je een 50 mm lens op een camera met een hoge resolutie, dan daalt de scherpte al vanaf een sluitertijd van 1/200 seconde, als gevolg van beweging door de fotograaf. In de praktijk halen de meeste fotografen dus niet de scherpte uit hun camera, die er in zit. Altijd een sluitertijd van 1/000 seconde kiezen is onmogelijk. Beeldstabilisatie is geen Haarlemmer olie, maar het is belangrijker voor scherpe opnames dan menigeen denkt. Beeldstabilisatie, waarbij in de camera of de lens de beweging van de fotograaf wordt tegengegaan, zorgt er voor dat je ook bij langere sluitertijden nog scherpe opnames maakt. Beeldstabilisatie in de lens is een dure oplossing, omdat iedere lens daardoor groter, zwaarder en duurder wordt. Sony heeft er – net als Olympus – voor gekozen om de sensor te stabiliseren, waardoor je bij iedere lens profiteert van beeldstabilisatie. De Sony α7R II is (net als de Olympus OM-D camera’s) voorzien van een innovatieve 5-assige beeldstabilisatie, die vele malen beter is dan de beeldstabilisatie die je in oudere Sony camera’s aantreft en die nog door Minolta was ontwikkeld. Dit systeem compenseert voor:
- angular shake (pitch and yaw) waarvan je met name last hebt met een telelens,
- shift shake (X and Y assen) wat met name zichtbaar wordt bij vergrotingen,
- rotational shake (roll) wat bij video storend aanwezig kan zijn.

Sony α7R II versus A7R in een notendop: |
|||
De Sony α7R II is meer dan duizend euro duurder en 2 ons zwaarder dan zijn voorganger en biedt dan ook veel voordelen:
|
Wat resolutie betreft, is de lens die wordt gebruikt bij het testen van grote invloed bij deze drie camera’s. Er zijn maar weinig objectieven die een hoge beeldkwaliteit kunnen realiseren op het hele oppervlak van 24 x 36mm. Deze test is overigens uitgevoerd met de Sony FE 55mm Carl Zeiss f/1.8. Fantastische lens.
Alle drie de camera’s bieden een hele grote scherpte, waarbij de Nikon en Sony een kleiner aantal megapixels weten te compenseren door het ontbreken van een anti-alias filter. De Canon 5Ds heeft een traditioneel anti-alias filter, waardoor de resolutie lager wordt dan wat je op grond van het aantal pixels zou verwachten. Ook de Canon 5DsR heeft een filter voor de sensor, dat lijkt op dat van de Nikon D800E en waar het verlies aan resolutie minder is dan bij de Canon 5Ds.
|
||
Canon lenzen op Sony α7R II |
|||
![]() |
|||
Beelduitsnede van een opname gemaakt (1000 ISO, belabberd licht) met de Sigma 150-600mm Sports op een Sony α7R II met een Metabones Speedbooster. | |||
Fotografen met een grote collectie Sony of Minolta lenzen met een A-vatting, kunnen die op een Sony α7R II met behoud van AF gebruiken. Het fase detectie AF-systeem van de Sony α7R II is te combineren met Sony A-mount lenzen als je een Sony LA-EA3 of LA-EA1 adapter gebruikt. Er zijn ook adapters van andere merken, zoals Metabones, verkrijgbaar waarmee je Canon objectieven met behoud van AF kan gebruiken. Misschien dat we daar binnenkort uitgebreider op in gaan. Ook moderne objectieven van Sigma of Tamron zijn soms – inclusief behoud van AF – te combineren met een dergelijke adapter. We hebben een aantal objectieven uitgeprobeerd met een Metabones adapter en een Metabones speedbooster. Bij die laatste adapter gebruik je de camera in APS-C modus: ideaal voor video en voor telelens opnames (met een Metabones speedbooster win je 1 stop). Bovenstaande deeluitsnede is van een opname gemaakt met de Sigma 150-600mm Sports op een Sony α7R II met een Metabones Speedbooster. De AF werkt wel bij deze combinatie, maar te traag voor actiefotografie. De opname is gemaakt met behulp van focus peaking. In een later artikel zullen we hier wat dieper op ingaan. | |||
Sony α7R II : Bouwkwaliteit & Features |
|||
De Sony α7R II is degelijk gebouwd, maar is niet volledig stof- en spatwaterdicht. Deze camera is dikker dan zijn voorganger en bovendien voorzien van een ruime handgreep, waardoor de camera stukken beter in de hand ligt. De body is nu ook aan de achterzijde verstevigd en de bajonet vatting is zwaarder uitgevoerd, waardoor je geen zorgen meer hebt als je een zware telelens op deze camera bevestigt. Met de duimsteun aan de achterzijde heb ik een haat/liefde verhouding: de duimsteun zit op de goede plaats en je houdt de camera er stevig mee vast. Maar de knoppen op de achterzijde van de camera zijn zodanig geplaatst, dat als je ze met de duim wil bedienen, en dat wil je, dat je dan de duim van de duimsteun weg moet halen.
De Sony α7R II heeft 4 Custom knoppen, waaraan je zelf een functie kan toewijzen, wat het gebruiksgemak vergroot. Want deze camera heeft vele mogelijkheden. De PSAM knop (waarmee je de camera ook op panorama of video kan instellen) boven op de camera is voorzien van een knopje dat er voor zorgt dat de knop niet onbedoeld verdraait. Wat onhandig werkt, is dat je de knop ingedrukt moet houden om de ring te kunnen verdraaien. De oplossing die Olympus en Panasonic hebben gekoezen (de eerste keer dat je op de knop drukt, wordt de PASM ring ontgrendeld, de volgende keer dat je op de knop drukt vergrendelt het zaakje) is met 1 vnger te bedienen en veel gebruiksvriendelijker. Het voorste draaiwieltje is diep verzonken, waaraan ik ook moielijk kon wennen.
De Sony α7R II heeft geen ingebouwde flitser. Wel een flitscontactschoen boven op de camera. Achter rubber dekseltjes zitten aansluitingen voor hoofdtelefoon, microfoon, mini HDMI). De kleine accu is goed voor 300 opnames. Dat is erg weinig voor een professionele camera en dus levert Sony meteen een tweede batterij. De camera heeft 1 kaartsleuf: voor een SD kaart. Dat is ook wat karig voor een vlaggenschap. |
![]() |
||
Zeldzaam: Alle vrijheid wat lenscorrecties betreft |
|||
Steeds meer fabrikanten kiezen er voor om lensfouten softwarematig te corrigeren. Niet alleen de jpg bestanden in de camera worden automatisch gecorrigeerd, maar ook de RAW bestanden worden van extra gegevens voorzien, zodat Lightroom of Photoshop RAW bestanden corrigeren op lensfouten. Als fotograaf heb je daar geen invloed op. Niet iedereen vindt dat prettig. De oplossing van Sony is zuiver. Op de camera maakt de fotograaf de keuze of – en welke – lensfouten automatisch gecorrigeerd worden. In de eerstvolgende Sony lenstest kijken we hoe goed die correcties werken. | ![]() |
||
Beeldscherm en zoeker |
|||
De Sony α7R II heeft een heel mooie XGA OLED zoeker, met een unieke beeldvergroting van 0.78x. Dit is de grootste zoeker van alle camera’s die we hebben getest. Dat werkt heel prettig en ondanks de grote vergroting zie je geen afzonderlijke puntjes. Alleen aan het contrast – en in mindere mate ook aan de kleuren – merk je dat het geen optische zoeker is. Het beeldscherm is alleen kantelbaar en helaas niet vrij draaibaar. Ook had de camera aan gebruiksgemak gewonnen als het beeldscherm een Touch screen zou zijn geweest. Tijdens de test heb ik meerdere keren op het scherm gedrukt om een tijdje naar het onveranderde scherm te staren, voordat ik mij realiseerde waarom er niets gebeurde. | ![]() |
||
Handmatig scherpstellen en AF snelheid |
|||
Een van de grote voordelen van een elektronische zoeker, is dat je er sneller en nauwkeuriger mee scherp kan stellen dan met een optische zoeker. Ten eerste kan je bij de Sony α7R II Focus peaking toepassen. Het duurde even voordat ik doorhad dat je die in kon stellen met “Reliefniveau” (hoe hoger, hoe gevoeliger). Van mij had het Focus peaking mogen heten. Als markeringskleur kan je kiezen voor rood, geel en wit. Stel je in het pikkedonker handmatig scherp bij f/16, dan zie je een soort rode ruis in beeld, die je niet ziet als je in het pikkedonker handmatig scherpstelt bij f/1.8. Dat lijkt me goed nieuws, want ik vermoed dat je dus handmatig scherpstelt bij het diafragma waarmee de opname wordt gemaakt, in plaats van volledig open diafragma. Sommige lichtsterke lenzen hebben last van een focus-shift als gevolg van sferische aberratie: het scherpstelpunt gaat naar voren of achteren als je diafragmeert. Door scherp te stellen bij het juiste diafragma, elimineer je focus shift. Dat is ook zo fijn aan scherpstellen met Liveview op een Nikon D810; WYSIWYG en je weet zeker dat je nooit last hebt van Focus-shift. | ![]() |
||
![]() |
|||
We hebben de AF snelheid gemeten met het Sony 55mm f/1.8 objectief bij verschillende lichtomstandigheden. In bovenstaande plaatje staat verticaal de AF snelheid (hoe lager, hoe beter) uitgezet tegen de hoeveelheid licht waarbij je de foto maakt (links: donker; rechts: licht). In het plaatje zie je onze resultaten voor twee moderne spiegelreflex camera’s (Nikon D810 en Canon 760D) en drie spiegelloze systeem camera’s (Nikon J5, Panasonic GH4 en Sony A7 R mkII). Wat scherpstelsnelheid betreft, bleef de Sony A7R mk2 iets achter op de razendsnelle – en veel goedkopere – Nikon 1 en Panasonic camera’s, zoals de GH4, GX8 en G7. In het donker stelde de Sony nog scherp, waar zelfs de Panasonic GH4 en de Nikon D810 het voor gezien hielden. Dat is verrassend goed. | yle=”text-align: left;” colspan=”2″>|||
![]() |
|||
In-camera panorama’s: gimmick of nuttig? Hierboven zie je een opname die gemaakt is met de panoramamodus van de Sony A7R mk2. Ik houd van panorama foto’s, omdat ze een heel andere indruk geven dan de traditionele opnames in een 2:3 of 4:3 verhouding. Om een dergelijke foto rechtstreeks in de camera te maken, moet je eerst in het menu een aantal parameters kiezen, waaronder de draairichting. Daarna moet je de camera draaien, terwijl je de sluiter ingedrukt houdt. De camera maakt een groot aantal opnames achter elkaar, die perfect gestitcht worden zonder dat je er omkijken naar hebt (klik op bovenstaande opname voor een grotere versie). Je hebt geen panorama software meer nodig, zou je denken. Maar de opname is een stuk kleiner geworden dan een opname die ik met panorama software (incl. Lightroom / Photoshop) in elkaar gezet zou hebben. Het is een knappe prestatie van de programmeurs van Sony (en andere merken), dat het zo goed lukt. Alleen in het riet kon ik zo snel een paar kleine, weinig opvallende plakfoutjes vinden. Toch vraag ik me af of dit een functie is, die thuishoort in een professionele camera. | |||
50, 43 of 36 megapixels: wat maakt het uit?Vrijwel alle camera’s hebben een sensor van het Bayer type, waar de afzonderlijke pixels alleen rood, blauw of groen kunnen zien. De kleuren worden achteraf hersteld door bij de buren met een ander kleurtje te spieken wat de ontbrekende kleuren zouden moeten zijn. Dat gaat op grote schaal uitstekend. Maar als je inzoomt tot het pixelniveau, dan kunnen er bij onderwerpen met een gelijkmatig patroon, zoals de uitvergrootte testkaart hiernaast of bij het fotograferen van gebouwen in de verte, interferenties ontstaan. Een Foveon sensor, zoals van Sigma heeft daar geen last van, omdat iedere afzonderlijke pixel zowel blauw, groen en rood registreert en dus niet hoeft te spieken bij de buren. Canon en Nikon hebben elk twee professionele camera’s die als vlaggenschip fungeren voor specifieke doelgroepen: een camera voor landschap en studiofotografie met een hoge resolutie, maar een lage snelheid en niet ontworpen voor extreem hoge ISO-waarden (Nikon D810, Canon 5Ds). Daarnaast was er een camera voor actie- en low-light fotografie met een hoge signaal/ruisverhouding en een hoge snelheid, maar minder megapixels (Canon 1Dx, Nikon D4s). Bij Canon zou je zelfs kunnen beargumenteren dat er een derde vlaggenschip (Canon 1Dc voor 4K video) is. En als ik dan toch bezig ben, laten we dan ook nog de Nikon D810A voor Astrofotografie niet vergeten. Bij Sony is er een vlaggenschip voor video (Sony A7s) en voor fotografie (Sony α7R II). Voor actiefotografen blijft er nog wat te wensen over, omdat de maximale opnamesnelheid 5 beelden per seconde (tijdens AF tracking) is. Voor in de krant of voor een website heb je aan 8 megapixels genoeg en zou je als nieuwsfotograaf kunnen overwegen om te gaan filmen in 4K. Zo schiet je met de Sony α7R II 30 jpg opnames van 8 megapixels per seconde, zonder dat de buffer vol raakt. |
|||
![]() |
|||
Bovenstaande opname is een mooie illustratie van de hoge beeldkwaliteit. Bekijk je een print op A3 formaat, dan zie je een verschil in beeldkwaliteit tussen de Nikon D810, Sony α7R II, Canon 5Ds of 5DsR eerder als gevolg van verschillen in lenskwaliteit, dan als gevolg van de verschillen in megapixels (36 voor Nikon, 43 voor Sony en 50 voor Canon). | |||
Sensor zonder anti-alias filter |
|||
Tot een paar jaar geleden werd moiré voorkomen door een kristal voor de sensor te plaatsen, dat het licht over meerdere pixels uitsmeerde. De extra onscherpte als gevolg van het anti-alias filter probeerde men softwarematig terug te winnen door extra te verscherpen. Maar met een camera meer een hoge resolutie worden de details op pixelniveau zo klein, dat je het anti-alias filter weg kan laten. Als er sprake is van moiré, zo heet het interferentie verschijnsel, dan is dat zo klein dat je het in de meeste afdrukken toch niet ziet. Alleen bij extreme vergrotingen zou je lokaal het beeld kunnen restaureren. Olympus camera’s met 16 megapixels hebben eenzelfde resolutie als Canon APS-C camera’s van 20 megapixels. Dat komt omdat Olympus camera’s geen anti-alias filter hebben en de Canon APS-C camera’s wel. Om het fotografen makkelijk te maken, corrigeert Olympus de moiré in de jpg bestanden, terwijl de RAW bestanden niet gecorrigeerd zijn. Daarmee worden zowel vrijetijdsfotograaf als hobbyist tevreden gesteld. De Sony α7R II is een camera voor professionals: zo wel de RAW als jpg bestanden worden niet gecorrigeerd, waardoor je op pixelniveau moiré kan tegenkomen. Zoals in onze testopname hiernaast. | ![]() |
>
||
De nauwkeurigheid van de kleurweergave van moderne camera’s ligt zeer dicht bij elkaar. Dat de Sony α7R II in onze test wat lager scoort dan zijn voorganger, zal je in praktijkopnames niet snel opvallen. Bij grauw weer, dat ruim voorhanden was tijdens de test, was de kleurbalans soms te koel. Bij daglicht waren met name geel, cyaan, groen en oranje minder verzadigd. De verschillende beeldstijlen van de Sony α7R II verschillen misschien wel meer in kleur dan de Sony α7R II met de A7R. | ![]() |
||
Witbalans/ Kleurweergave bij kunstlicht |
|||
Bij kunstlicht krijg je betere resultaten als je – zeker als je in jpg fotografeert – handmatig de witbalans instelt op kunstlicht. Doe je dat niet dan worden de kleuren te verzadigd en neigen ze bovendien naar oranje. Hierin staat Sony niet alleen. Het geldt voor vrijwel alle moderne digitale camera’s. Wie in RAW fotografeert, heeft de luxe om zich achteraf pas te bekommeren om de witbalans. Zonder kwaliteitsverlies kan je je op de 14 bit RAW bestanden uitleven zonder dat er posterisatie plaatsvindt. | ![]() |
||
Weinig ruis: ook bij hoge ISO |
|||
![]() |
|||
De nieuwe sensor heeft de bedrading achter de pixels zitten, waardoor er meer licht opgevangen wordt. Dat komt de signaal/ruis verhouding ten goede, want die is nog beter dan van zijn voorganger. Bovenstaande beelduitsnede van 700 pixels breed (uit een jpg opname van 7952 pixels breed) laat de hoeveelheid ruis en het behoud van detaillering zien van een 5.000 ISO praktijkopname gemaakt op een grauwe dag. Onder gunstigere lichtomstandigheden; op een zonnige dag of in de studio met flits- of LED licht zie je deze hoeveelheid ruis pas bij 6.400 ISO. Simpelweg erg goed. ook in onze Imatest metingen. | |||
Dynamisch bereik record |
|||
Uitgebleekte hooglichten en dichtgelopen schaduwpartijen kan je in RAW bestanden weer zichtbaar maken zonder dat je storende ruis te zien krijgt. Vooral in de donkere partijen is dat indrukwekkend. Want het dynamisch bereik van Sony sensoren was al erg goed, maar is nu nog beter geworden. Goed nieuws voor HDR fotografen. De Sony α7R II heeft het hoogste dynamisch bereik dat we tot nu toe bij onze Imatest metingen zijn tegengekomen. We hebben er zelfs een nieuwe testopstelling voor moeten bouwen, omdat deze Sony camera een dynamisch bereik had dat net zo groot was als de Dmax (Dmax~4 /13,5 stops) van onze oude testkaart. We zijn overgestapt op een testkaart waarmee we ongeveer 20 stops kunnen behappen. De BSI sensor heeft een gapless on-chip lens design en een anti-reflectie oppervlaktecoating om de lichtopvang zo efficiënt mogelijk te maken. Deze camera heeft niet alleen een hoog dynamisch bereik, maar ook een hoge signaal-ruisverhouding. Wij hechten meer waarde aan een hoog bruikbaar dynamisch bereik (met een goede signaal ruisverhouding), dan de absolute waarde van het dynamisch bereik. Daarmee heb je de beschikking over een bruikbaar ISO bereik van 100 tot 25.600 (uitbreidbaar tot ISO 50 to 102400, maar bij de hogere ISO waarden moet je veel ruisonderdrukking toepassen of het beeld verkleinen om nog een toonbare opname over te houden). | ![]() |
||
In onderstaande opname zie je een deelvergroting van het rode vlakje, maar dan is in de nabewerking de opname 5 stops lichetr gemaakt. Beweeg je de muis over onderstaand plaatje, dan zie je ter vergelijking een opname gemaakt met de Canon 760D, met dezelfde belichtsomstandigheden (ISO, sluitertijd en diafragma), die dezelfde behandeling heeft ondergaan. | |||
![]() |
|||
De video beeldkwaliteit van deze camera is heel erg goed. Bij video verslaat de Sony beide Canons met beide handen op de rug. Net als bij de Samsung NX1 videokwaliteit gaan we daar een aparte review over schrijven. Wil je video opnames maken, dan moet het wel een 64GB kaart voor video zijn. Bij minder weigert de camera op te nemen. In Full HD (huiskamer kwaliteit) kan je mooie slow motion opnames maken door met 120 beelden per seconde op te nemen en bij 4K opnames heb je geen externe recorder meer nodig. Dat is uniek, want dat kan verder alleen bij Samsung en Panasonic camera’s. Met name als je in 4K (bioscoop kwaliteit) opneemt in de APS-C crop modus, dan krijg je een heel mooi scherp beeld, waarmee je het onderwerp nog dichter naar je toe haalt. Je kan het beeld nog uitsnijden fot Full-HD, waarbij je het onderwerp nog eens dichter naar je toehaalt. | |||
Beeldprofielen voor video: Op zoek naar PP7 (S-log2) |
|||
In eerste instantie kon ik geen S-Log vinden op de Sony α7R II . Toch is het niet zo dat Sony de video functionaliteit van de Sony α7R II had beperk, om zo videografen verplicht voor een Sony A7s mk2 te laten kiezen. De standaard beeldprofiel instellingen voor video (PP1 tot en met PP7) zijn te vinden onder: MENU → (Camera- instellingen) → [Beeldprofiel] → gewenste instelling. Uit de on-line gebruiksaanwijzing van de Sony α7R II kon ik opduikelen dat PP7 S-log2 is. De camera geeft – voor zover ik kon zien – niet meer aan dan PP7. Ook de andere beeldprofielen hebben een naam waaruit je weinig kan opmaken wat je er mee zou kunnen. Zodra we de gelegenheid hebben om deze camera langer te gebruiken, gaan we uitgebreider op de video kwaliteit in. | |||
![]() |
![]() |
||
Voordelen
|
Nadelen
Is de Sony α7R II de beste camera van dit moment? Ja. Blijft er wat te wensen over? Ja.Bij video verslaat de Sony beide Canons met beide handen op de rug. De Sony α7R II heeft, met een vergroting van 0,78x, de grootste zoeker van alle systeemcamera’s. Dankzij de elektronische zoeker en focus peaking is dit een perfecte camera om snel en nauwkeurig scherp te stellen. Focus shift behoort dankzij de elektronische zoeker tot het verleden. De ingebouwde beeldstabilisatie werkt super. Gezien de prijs van deze camera, zijn professionele fotografen – die hun werk meer en meer combineren met video – de doelgroep. Voor deze doelgroep biedt de Sony perfecte video beeldkwaliteit in 4K, met een hoge resolutie en een hoge signaal/ruisverhouding. Al valt er op het punt van bedieningsgemak nog wat te verbeteren. Sommige professionals die alleen gebruik maken van AF zullen een voorkeur blijven houden voor een optische zoeker, vanwege de natuurlijke kleuren en het hoge dynamische bereik. |